SV | Want ik schaamde mij van den koning een heir en ruiters te begeren, om ons te helpen van den vijand, op den weg; omdat wij tot den koning hadden gesproken, zeggende: De hand onzes Gods is ten goede over allen, die Hem zoeken, maar Zijn sterkte en Zijn toorn over allen, die Hem verlaten. |
WLC | כִּ֣י בֹ֗שְׁתִּי לִשְׁאֹ֤ול מִן־הַמֶּ֙לֶךְ֙ חַ֣יִל וּפָרָשִׁ֔ים לְעָזְרֵ֥נוּ מֵאֹויֵ֖ב בַּדָּ֑רֶךְ כִּֽי־אָמַ֨רְנוּ לַמֶּ֜לֶךְ לֵאמֹ֗ר יַד־אֱלֹהֵ֤ינוּ עַל־כָּל־מְבַקְשָׁיו֙ לְטֹובָ֔ה וְעֻזֹּ֣ו וְאַפֹּ֔ו עַ֖ל כָּל־עֹזְבָֽיו׃ |
Trans. | kî ḇōšətî lišə’wōl min-hammeleḵə ḥayil ûfārāšîm lə‘āzərēnû mē’wōyēḇ badāreḵə kî-’āmarənû lammeleḵə lē’mōr yaḏ-’ĕlōhênû ‘al-kāl-məḇaqəšāyw ləṭwōḇâ wə‘uzzwō wə’apwō ‘al kāl-‘ōzəḇāyw: |
Want ik schaamde mij van den koning een heir en ruiters te begeren, om ons te helpen van den vijand, op den weg; omdat wij tot den koning hadden gesproken, zeggende: De hand onzes Gods is ten goede over allen, die Hem zoeken, maar Zijn sterkte en Zijn toorn over allen, die Hem verlaten.
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
|
Want ik schaamde mij van den koning een heir en ruiters te begeren, om ons te helpen van den vijand, op den weg; omdat wij tot den koning hadden gesproken, zeggende: De hand onzes Gods is ten goede over allen, die Hem zoeken, maar Zijn sterkte en Zijn toorn over allen, die Hem verlaten.
Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!